Karel van Egmond (1467-1538) was een van de belangrijkste ‘Nederlandse’ figuren uit de vroege zestiende eeuw. Hij kan worden gezien als een voorloper van Willem van Oranje, want ondanks alle verschillen lijken zij op elkaar als het gaat om gewiekstheid, dapperheid en volharding: gezegend met een enorme werkkracht streden ze tot hun dood tegen het Habsburgse Rijk en wisten het gebied dat ze verdedigden uit handen van de vijand te houden. Aan Willem van Oranje zijn in de loop der tijd talloze biografieën gewijd, maar dat geldt vreemd genoeg niet voor Karel van Egmond. Historicus Ronald de Graaf dook in de archieven en diepte tal van onbekende bronnen op die een nieuw licht werpen op leven en werk van de hertog. Werd Karel vroeger wel afgedaan als een onbetrouwbare, ouderwets-middeleeuwse en onverantwoordelijke vechtersbaas, nu blijkt dat hij zich samen met de Staten van Gelderland ook inzette voor dijkonderhoud, landrechten voor boeren, de post, het toezicht op lokale bestuurders en het inrichten van een centraal hof en een rekenkamer in Arnhem. Hij hield zich bezig met ‘watermanagement’ – hij heeft zelfs de loop van de Rijn verlegd – en slaagde er bovendien in om de inflatie effectief in de hand te houden. Karel van Egmond toont het beeld van een ambitieuze leider, die veel moderner was dan tot nu toe werd aangenomen.