Per ongeluk laten de tovenaarsleerlingen Pief, Domoli en Kijfje kleine duivelachtige wezentjes ontsnappen uit het kasteel van Socratof. De groene plagers hebben de vervelende eigenschap om de gedaante van alles en iedereen in hun nabije omgeving aan te nemen, en daarmee veroorzaken ze veel onrust onder de dorpelingen. Samen met Douwe Dabbert gaan de jeugdige tovenaars op jacht om de plagers te vangen voordat de grote tovenaar thuiskomt.

Prinses Pauline is een verwend nest. Met haar vervelende streken en grapjes bestookt ze de hele dag haar hofhouding, totdat de maat vol is en de koning op zoek gaat naar een leermeester. De innemende dwerg Douwe Dabbert neemt maar wat graag die rol op zich, en gaat met Prinses Pauline op reis, om haar zo een aantal wijze levenslessen te leren. Zo belanden ze in allerlei avonturen, die niet geheel zonder gevaar zijn, want de valse Ludo Lafhart ligt op de loer.

Douwe Dabbert wordt door de heks Wredulia naar de ‘poort naar oost’ gezonden om daar een mysterieus kistje op te halen. Als beloning zal zij dan de door haar verkleinde en in flessen gestopte dorpelingen bevrijden.

Dit avontuur gaat niet van een leien dakje maar gelukkig heeft Douwe zijn onuitputtelijke knapzak bij zich die hem ook deze keer niet in de steek laat.

Drie tovenaarskinderen zijn uit logeren; Domoli in SiberiС, Pief in Japan en Kijfje in Amerika. Douwe Dabbert krijgt van hun vaders het dringende verzoek de kinderen terug naar huis te brengen. Via de kast met duizend deuren belandt hij in een ijskoud en met sneeuw bedekt landschap. Het plan is, om eenmaal bij Domoli aangekomen, samen door te reizen naar Pief in Japan. Maar eerst wacht hen beiden nog een ijskoud en adembenemend avontuur…

Drie tovenaarskinderen gingen uit logeren. Domoli in Siberië, Pief in Japan en Kijfje in Amerika. Douwe Dabbert krijgt van hun vaders het dringende verzoek het drietal weer thuis te brengen. Via De kast met duizend deuren belandt hij in Siberië, waar hij samen met Domoli een spannend avontuur beleeft.

Met Het schip van ijs gaan de twee daarna naar Japan, waar Pief hen met De zwarte kimono opwacht. En dan nu per luchtballon naar Kijfje. Maar die voelt er niets voor om terug naar huis te gaan…

Twee avonturen van Douwe Dabbert, die iedere keer verbaasd is over wat hem overkomt tijdens zijn zwerftochten. Niemand weet waarheen zijn eenzame pad hem voert en Douwe zelf allerminst. Maar de weg wijst zich vanzelf, luidt zijn motto en dankzij zijn toverknapzak loopt hij nooit in zeven sloten tegelijk. In dit album regeert Koning Winter en dus begeeft Douwe zich op glad ijs! Dat hij vervolgens de verwende prinses Pauline opnieuw zal ontmoeten is helemaal een bijzondere verrassing…

Niemand hoeft het te wagen het duingebied tussen de dorpen Juttersbaai en Kriekenlach te betreden. Wie dit toch doet, wordt vreselijk gestraft.

Het gevolg hiervan is dat enkele mensen al jaren tegen hun wil in de duinen gevangen worden gehouden. Douwe Dabbert betreedt, ondanks de waarschuwingen van

de dorpsbewoners, het verboden gebied en raakt hierdoor ook opgesloten. Lukt het hem om aan de toverkunsten van de heksen van Eergisteren te ontsnappen?

Douwe Dabbert, de kleine avonturier met een heuse toverknapzak belandt op het kasteel van een magiër die net op het punt staat om af te reizen naar een tovenaarsbijeenkomst.

De magiër vraagt aan Douwe om in zijn afwezigheid op zijn zoon te passen, maar al snel blijkt dat Douwe niet in de wieg is gelegd als babysitter. Door oneigenlijk gebruik van de toverboeken gaat het helemaal mis en verandert het kasteel in een chaos. Als dat maar goed afloopt!

Als de tovenaarskinderen Pief, Kijfje en Domoli het wel erg bont maken besluiten hun vaders ze uit logeren te sturen. Maar wat ze niet hadden verwacht, is dat ze al na één dag de kinderen zo missen dat ze Douwe vragen hen weer terug te halen. Helemaal vanuit Siberië, Japan en Amerika! Via de magische reiskast een fluitje van een cent. Of toch niet...?

Douwe Dabbert belandt op een verlaten strand waar de troosteloze restanten van een oud Romeins fort als kapotte tanden naar de hemel wijzen. Uit de verhalen van een vriendelijke vissersfamilie wordt hem duidelijk, dat rondom de ruïne een mysterieuze sfeer hangt. ‘s Nachts verschijnen er vreemde lichtjes op zee, en voor Douwe er erg in heeft, is hij betrokken in een complot, waarbij smokkelaars op een meedogenloze wijze te werk gaan.