Knikkeren is een spel

dat kinderen in bijna elk land doen.

Maar wist je dat in Nederland

het meest geknikkerd wordt?

En dat kinderen honderden jaren geleden

ook al knikkerden?

De spelletjes die ze toen speelden,

lijken erg op de spelletjes van nu.

Maar de knikkers waren anders.

Mensen die gelovig zijn,

ontmoeten elkaar in een gebedshuis.

Het gebedshuis van hindoes is een tempel.

Daar bidden ze en ze vieren ze

de feesten die bij hun geloof horen.

Ook boeddhisten hebben een tempel.

Daarin staat het beeld van Boeddha.

Wil je nog meer weten over tempels?

Lees dan dit boek.

Nederlanders eten het meeste drop van alle landen in de wereld.

In de winter wordt de meeste drop verkocht.

Dan zijn mensen vaker verkouden.

Ze denken dat een dropje helpt tegen keelpijn.

Maar is dat ook zo?

Waar wordt drop van gemaakt?

Wie heeft Engelse drop bedacht?

En hoe komt drop eigenlijk aan zijn naam?

In ieder dorp en in elke stad

staan een of meer kerken.

Het zijn grote gebouwen met een hoge toren.

Mensen die christen zijn,

gaan naar de kerk om te bidden tot God.

Vroeger waren bijna alle mensen gelovig.

Nu niet meer, daarom staan kerken soms leeg.

Poppen koop je in een speelgoedwinkel.

Dat zijn babypoppen of tienerpoppen.

Maar er zijn nog veel meer poppen,

zoals etalagepoppen.

Wist je dat kappers haren leren knippen

op een oefenpop?

En dat dokters een pop gebruiken

om een prik te leren geven?

Een pop kan ook een robot zijn.

In een verzorgingshuis

geeft zo’n robot-pop weleens gymles.

Als je met de trein wilt reizen, moet je een kaartje kopen.

Waar doe je dat?

En hoe weet je waar de trein vertrekt die jij moet hebben?

Je leest het allemaal in dit boek.

Je komt ook te weten dat er nog stoomtreinen rijden bij een paar stations.