Jiska wordt in 20 voor Christus geboren als vreemdelinge in Israël. Ze heeft een handicap en wordt als kind daarmee geplaagd. De herberg van haar ouders speelt een grote rol in haar leven. Ze trouwt met een Joodse man, die haar in de eerste jaren van hun huwelijk veel ellende bezorgt.
Israël werd in die tijd bezet door de Romeinen en Jiska maakt hartverscheurende gebeurtenissen mee. Veel van haar belevenissen hangen samen met geschiedenissen uit de jaren 0-35 na Christus.
Ze raakt uiteindelijk ernstig ziek; maar heeft er alles voor over om genezen te worden. Het kost haar al haar geld. Zal ze genezen?