Gnoef vertrekt naar het Land van Wol en Haar, op zoek naar een paar magische figuren die hij daar in zijn vroege jeugd kort heeft ontmoet. In de grot van de oude kluizenaar Suzesoetcircus wordt hij ingewijd in een mystieke realiteit. Dan vertrekt hij op een groot avontuur. Al gaande doet hij inzichten op in energiestroomlijnen die binnen in hem steeds sterker worden en hem bij volle bewustzijn lanceren in vreemde droomwerelden. Naast wonderen en sensuele verleidingen, ervaart hij daar ook de macht van het kwade. Hij vlucht ervan weg en belandt bij een groep kruispelgrims op bedevaart. Tussen de geloofsgesprekken door vertelt ene Broncheur hem over de moderne snaartheorie. Gnoef raakt ervan overtuigd dat er een vijfde natuurkracht moet zijn, naast de vier bekende natuurkrachten in ons universum. Andere machten grijpen plots in en Gnoef ondergaat dan een ultieme beproeving en bevrijding.