EEN ANTWOORD OP RUTGER BREGMAN – In een tijd van polarisatie, morele verwarring en groeiende onvrede onder burgers stelt dit boek één centrale vraag: waar ligt het goede – écht?
De populaire claim uit het succesvolle boek 'De meeste mensen deugen' klinkt misschien geruststellend, maar schiet tekort als serieuze uitspraak over hoe wij ons werkelijk gedragen – en over wat er om ons heen gebeurt.
Van nette rijstijl tot discriminatie, van de betekenis van Loeki de Leeuw tot die van Sinterklaas, van kalverliefde en rijke opscheppers tot PVV-stemmers – dit boek zoekt het goede niet in grote theorieën, maar in het alledaagse, het concrete en het ongemakkelijke.
In korte hoofdstukken met scherpe observaties onderzoekt de auteur hoe wij over vrijheid en fatsoen denken – en wat onze keuzes over onszelf verraden.
Een soms confronterende spiegel van de Nederlandse samenleving – voor iedereen die zich ergert aan lawaai, liefdeloosheid, onverschilligheid of egoïsme, op het werk, op straat of in de politiek, en die zélf wil bijdragen aan een warmere, fijnere samenleving.
Want: fatsoen moet je doen. En goed zijn is mogelijk – maar vooral één ding: een dagelijkse uitdaging.