Rusland, jaren vijftig. Ivan Grigorjevitsj heeft dertig jaar van zijn leven in werkkampen doorgebracht, maar na Stalins dood wordt hij vrijgelaten. Hij keert terug naar de maatschappij en treft een wereld aan die moreel is verwoest door jaren van onderdrukking. Als hij een neef bezoekt, zijn enig overgebleven familielid, blijkt die een voorbeeld van hoe velen zich tijdens de Stalinterreur hebben gedragen: ze hebben niemand verraden, maar ze hebben het ook voor niemand opgenomen.
Teleurgesteld reist hij door naar een provinciestad, op zoek naar een plek voor zichzelf te midden van mensen die hij niet meer herkent. Hij vindt werk en krijgt een verhouding met Anna, een alleenstaande moeder. Ze vinden troost bij elkaar, maar soms vraagt Ivan zich af of het leven in het kamp niet te verkiezen is boven het leven in de onvrije Sovjetmaatschappij.
Alles stroomt is Grossmans nietsontziende literaire testament, geschreven nadat de autoriteiten in de Sovjet-Unie de publicatie van zijn opus magnum Leven & lot onmogelijk hadden gemaakt. Het manuscript van Alles stroomt dook zes jaar na zijn dood op in het Westen, en is sindsdien in vele talen vertaald. Vanwege de censuur mocht het pas in 1989 worden uitgegeven in de Sovjet-Unie.
Met een nawoord van Lisa Weeda.