In deze bundel brengt Anna de Rijk een persoonlijke en tegelijk herkenbare verzameling gedichten samen, geschreven over een periode van zeven jaar. Haar poëzie beweegt zich tussen het kleine en het grote, het alledaagse en het ingrijpende. Van eenvoudige momenten tot diepe gevoelens, van liefde tot verlies, van scheiding tot hoop — elk gedicht vangt iets dat zich niet makkelijk laat zeggen, maar in taal tot leven komt.
De stijl van Anna is toegankelijk, zonder te vervallen in eenvoud. Haar woorden zijn oprecht, zorgvuldig gekozen, en gericht op wat we allemaal kennen: verandering, verlangen, verwarring, troost. In haar gedichten klinkt een zachte stem, die niet schreeuwt maar uitnodigt tot stilstaan.
Elk gedicht is een kleine reflectie op het leven: soms pijnlijk, soms warm, soms troostend. Anna woont in Utrecht en deze bundel is een intieme reis door emoties, gedachten en herinneringen.