Tussen tien en twaalf

'Hij knikte, boog iets voorover en pakte een nog witte hoek van het laken vast. Met een korte beweging trok hij het laken opzij, zodat het grijze gezicht zichtbaar werd. De ogen gesloten, het haar plakkerig van het bruine bloed; het bloeden was al lang gestopt.'

Inspecteur Oudam en rechercheur Tellink staan voor een raadsel. Mevrouw Schouwenduijn is in de nacht van haar zestigste verjaardag op laffe wijze vermoord in haar slaap. Alle aanwezigen hebben een alibi of lijken in eerste instantie geen motief te hebben. Alle verdachten vertellen hun verhaal, lang bewaarde geheimen ontvouwen zich en langzaam ontstaat een gefragmenteerd beeld van de gebeurtenissen.

Doordat elk hoofdstuk vanuit het perspectief van een andere verdachte is geschreven, wordt de lezer in het verhaal gezogen en uitgedaagd om alle details een passende plek te geven als ware de lezer onderdeel van het onderzoeksteam; op zoek naar de identiteit van de persoon die de gastvrouw koelbloedig in haar slaap vermoordde.

Dit is het eerste boek in de Tellink-detectiveserie.