Urgent en actueel: Peter Kanne schetst een confronterend beeld van de Nederlandse weerbaarheid en zet je aan het denken. Hoe kunnen we ons leven gezonder, democratischer, duurzamer en meer solidair maken?Kanne schetst een verontrustend beeld van de Nederlander als genotzuchtige individualist. In vergelijking met inwoners van andere landen trekt de Nederlander zich nog meer terug in zijn eigen kleine, genoegzame wereldje. Gewend – of verwend – als we zijn aan onze luxe en individuele vrijheden, verliezen we de blik op het collectief: de gemeenschap. Maar, zo waarschuwt Kanne, de wal dreigt het schip te keren. Als we niet bereid zijn uit onze comfortabele cocons te stappen, komen niet alleen onze welvaart en onze mentale en fysieke gezondheid, maar ook onze democratie in gevaar. Aan de hand van objectieve cijfers, wetenschappelijk onderzoek en opinieonderzoek duidt Kanne de ontwikkelingen op het gebied van economie, communicatie, gezondheid, duurzaamheid en democratie. Het vaste patroon: het systeem – de markt, big tech, een weifelende overheid – houdt consumentisme en genotzucht in stand. Maar het individu – de consument, de burger – laat het zich ook makkelijk aanleunen. In dit boek opent Peter Kanne ons de ogen voor deze patstelling en richt hij de blik op de toekomst. Hoe is dit patroon te doorbreken, hoe kan de Nederlander zijn weerbaarheid terugvinden? En wat zou de rol van de overheid, het bedrijfsleven en de (intellectuele) elite moeten zijn?In de pers ‘Lang zal ik lekker leven biedt een helder en volledig overzicht van de geestesgesteldheid van de Nederlandse burger. Peter Kanne schrijft met vaart en humor. Ondanks een genadeloze ontleding van de Nederlander, is zijn boek niet somber.’ Pieter Klok, hoofdredacteur de Volkskrant‘Peter Kanne houdt zijn lezers een spiegel voor en vraagt: zet je in op zelfredzaamheid of ook op samenredzaamheid? Kanne combineert scherpe analyses met een lekker leesbaar verhaal, waardoor je wordt uitgedaagd om na te denken over je eigen rol in de samenleving.’ Barbara Baarsma‘Een zedenschets van de genotzuchtige Nederlander en moreel appel ineen. Een snoepdoos vol inzichten en dwarsverbanden. Een zeer boeiend geheel.’Sheila Sitalsing