In 431 v.Chr. hield Pericles, de beroemdste staatsman van Athene, een vurige rede tijdens een plechtigheid ter ere van gesneuvelde soldaten in de oorlog tegen aartsvijand Sparta. Zijn bevlogen woorden zijn vooral een lofzang op de democratie zelf, op het geloof in vrijheid en gelijkheid van de Atheense burgers en de noodzaak van gemeenschapszin. Juist daarin, stelt Pericles, was Athene een lichtend voorbeeld voor de wereld.
Pericles’ grafrede werd opgetekend door de Griekse geschiedschrijver Thucydides en geldt tot op de dag van vandaag als de krachtigste toespraak over democratische waarden ooit.
In zijn begeleidend essay trekt gelauwerd essayist Bas Heijne de woorden van Pericles door naar onze eigen verwarde tijd. Pericles leert ons dat de democratie, wil ze overleven, een werkelijke inzet van burgers nodig heeft. Maar vooral dat geloof in democratie geen lauwe en bedaagde aangelegenheid hoeft te zijn, maar een meeslepende en bindende aansporing voor ons allemaal.
Bas Heijne schrijft naast romans en verhalen spraakmakende essays, waaronder recent een flonkerend essay bij de heruitgave van Menno ter Braaks Het nationaalsocialisme als rancuneleer, een inleiding bij George Orwells Over nationalisme en Een hogere liefde van Albert Camus.