'In dit boek leeft mijn moeder, mijn gangster voort. Ze was mijn schuilplaats en mijn storm.' Arundhati RoyDiepbedroefd na de dood van haar moeder, Mary, maar tegelijkertijd verbaasd en ‘geplaagd door schaamte’ over haar heftige reactie, begon Roy aan dit boek. Ze probeerde de gevoelens te doorgronden die ze koesterde tegenover de moeder van wie ze zich op haar achttiende had losgemaakt, ‘niet omdat ik niet van haar hield, maar om van haar te kunnen blijven houden.’Zo begint dit adembenemende, soms schokkende en verrassend grappige verhaal over Roys leven, vanaf haar jeugd in Kerala, India, waar haar alleenstaande moeder een school oprichtte, via de bekroonde romans en essays die ze schreef, tot de dood van haar moeder.Dit verhaal, dat de grootsheid, reikwijdte en diepgang van haar romans combineert met de passie, politieke helderheid en warmte van haar essays, is een ode aan vrijheid, een eerbetoon aan weerbarstige liefde en nietsontziende onverschrokkenheid.'Het werk van Roy bevindt zich in de frontlinie van solidariteit en humanisme.' The Guardian'Roy legt de menselijke aard bloot.' Daily Telegraph