In dit debuut van Roberta Petzoldt gaat het onderbewustzijn een race aan met het bovenbewustzijn. Vruchtwatervuurlinie gaat over het verlangen om meer te zijn en jezelf dieper te kennen. De bundel is een oorlog tussen donsveertjes.
Petzoldt bouwt met haar beeldende brein landschappen, tranen, schaduw, gestamp, knoeien, grommen en broeien. Zinnen die zich in rupsende bochten wringen, en herinneringen die aan komen sloffen.
Een nieuwe poëziedebutant bij Van Oorschot die zowel aansluiting vindt bij andere Nederlandse dichters als een volstrekt nieuw pad weet te volgen.
Vluchtstrook
in de sluierbewolking loop ik met een springsoldaat
naar zijn laatste avondmaal
ze hebben niet op ons gewacht
boven het gebroken brood vliegt een bloedrode heidelibel
de soldaat maakt een tekening voor zijn moeder op het tafelkleed
piepjonge populieren worden met ziekenhuisgroene buizen ondersteund
ik zie koorddansers op de treinkabels
hij ziet kraaien, boven het bos
mijn jas heeft dezelfde kleur als de geluidswand
auto’s schieten als kogels over het asfalt
in zijn glazen bol ziet de wetenschapper willekeur, grabbelt in wolkjes koolstof, voor 25 cent
Goorkeel en Schroomhoop dampend in hun deeltjesversnellende vlies
ijzeren konijnen zoeken naar klaver
ze vinden roestrode zuring, ze vinden het koud
woorden kruipen door het gras en spugen in elkaars sporen
sloten maken sneeën in het land
als ik jou was, kon ik kiezen, zei de soldaat
dus ik koos dat hij mij was
en verliet het front met de loper in mijn nek
en zijn herinneringen in een condoom