Voordat hij fulltime schrijver werd was Haruki Murakami jarenlang de uitbater van jazzcafé Peter Cat in Tokio. Het mag dus niet verbazen dat de jazzmuziek een terugkerend motief is in zijn verhalen en romans. Nog meer dan hardlopen is het zijn belangrijkste inspiratiebron. Hij kan als geen ander zelf uitleggen hoe dit precies zit. De lezer van de vijfenvijftig Jazzportretten in deze bundel krijgt het gevoel aan de toog van Peter Cat plaats te nemen, terwijl de eigenaar een drankje inschenkt en op een vertrouwde, innemende manier anekdotes en weetjes opdist over de plaat die op dat moment draait. Meer dan ooit krijg je de indruk naar de échte stem van Murakami te luisteren. Van Chet Baker tot Charlie Parker, van Duke Ellington tot Ella Fitzgerald: hij maakt je deelgenoot van zijn enthousiasme, en stelt en passant de ideale luistergids samen.