Ada’s leven is vastgelopen. Op uitnodiging van haar vriendin Mel keert ze terug naar de plek van haar jeugd, de boerderij Bloukoeniekraal aan een rivier in Zuid-Afrika. Daar moet ze haar verleden tot een draaglijk verhaal maken. De natuur is er adembenemend mooi. Maar ze hoort er ook de stem van haar tirannieke vader, die zijn vrouw en zoon vernederde en mishandelde, en zijn gejaagde adem – wanneer hij ’s nachts zijn dochtertje bezocht. De apartheid is in haar nadagen; waar de zwarte huishoudster Jana machteloos staat tegenover de baas, rebelleert haar nichtje Lies. Tussen Ada en Mel, allebei op hun eigen manier beschadigd, lopen de spanningen op. De rivier omarmt en troost, maar kan Ada nog verder leven met haar gruwelijke verleden?