Uil heeft een opa en een oma.

En nog een opa en een oma.

'Jij bent hun kleinkind', zegt Haas.

Daar is Uil het niet mee eens.

Hij is niet klein! En hij is ook geen kind meer!

Toch heeft Haas gelijk. Echt waar!

kip wies zit op haar ei.

kip lies zit ook op haar ei.

naast kip sien

en naast kip fien.

ik wil ook een ei, tokt kip kaat.

leg er dan een, kraait haan daan.

ik doe mijn best, zegt kip kaat.

maar het lukt niet.

er komt niks.

ik ga wel op zoek, kraait haan daan.

ik ga wel op zoek naar een ei voor kip kaat.

wat voor ei moet het zijn, kaat?