Douwe Dabbert moet de jonge prinses Liselotte beschermen tegen de boze plannen van Baron Bral, de doortrapte

heelmeester van Koning Zebedeus. De valse lijfarts drogeert de koning met zijn medicijnen, en weet daardoor

de macht over het koninkrijk naar zich toe te trekken. Hij wil het rijk, de schatkist en de prinses, maar gelukkig biedt Douwe Dabbert de prinses de helpende hand en probeert een stokje voor de snode plannen van de valse heelmeester te steken.

Prinses Pauline is een verwend nest. Met haar vervelende streken en grapjes bestookt ze de hele dag haar hofhouding, totdat de maat vol is en de koning op zoek gaat naar een leermeester. De innemende dwerg Douwe Dabbert neemt maar wat graag die rol op zich, en gaat met Prinses Pauline op reis, om haar zo een aantal wijze levenslessen te leren. Zo belanden ze in allerlei avonturen, die niet geheel zonder gevaar zijn, want de valse Ludo Lafhart ligt op de loer.

Drie tovenaarskinderen gingen uit logeren. Domoli in Siberië, Pief in Japan en Kijfje in Amerika. Douwe Dabbert krijgt van hun vaders het dringende verzoek het drietal weer thuis te brengen. Via De kast met duizend deuren belandt hij in Siberië, waar hij samen met Domoli een spannend avontuur beleeft.

Met Het schip van ijs gaan de twee daarna naar Japan, waar Pief hen met De zwarte kimono opwacht. En dan nu per luchtballon naar Kijfje. Maar die voelt er niets voor om terug naar huis te gaan…

Het verborgen dierenrijk, waar sprekende dieren leven alsof het mensen zijn… Het is al weer tweeëntwintig jaar geleden dat Douwe Dabbert er was. Tot zijn grote verbazing ontmoet hij op een avond de beer Thorm, een oude bekende die gevangen wordt gehouden en als kermisattractie wordt uitgebuit. Douwe bevrijdt zijn oude vriend en belooft hem terug te brengen. Dat gaat helaas niet zonder slag of stoot…