In ‘De zomer van 1927” vervlecht Bill Bryson de zinderende zomer, waarin zo veel gebeurde in de Verenigde Staten en waar zij de eerste stappen zette naar volwassenheid, tot één groot avonturenboek. In deze zomer, waarin de Amerikaanse effectenbeurs floreerde, de president slechts vier uur per dag werkte, een honkballer genaamd Babe Ruth het spel voorgoed veranderde, een beeldhouwer het idiote plan had opgevat om vier reusachtige hoofden in een berg te houwen, een gigantische overstromin...

Bill Brysons kennis over Groot-Brittannië ontwikkelde zich van ‘weet bijna niets’, naar ‘grondige vertrouwdheid’, tot ‘complete verbijstering: wat weet ik eigenlijk weinig’. Ineens realiseert Bryson zich namelijk dat hij in een land woont dat zich zo snel ontwikkelt dat het hem vreemd aandoet, een plek vol beroemdheden wier namen en talenten hij niet kan onderscheiden, acroniemen die hem moeten worden uitgelegd, gespreksonderwerpen die hij niet langer kan volgen. En precies op da...