Als onze vrienden een musketiersroman in handen krijgen, zijn ze er helemaal van in de ban. Als verrassing voor Lambiks verjaardag worden ze naar de 17e eeuwse musketierstijd geflitst. Onder het motto 'Een voor allen! Allen voor èèn!'t beleven Suske, Wiske, Lambik en Sidonia er de spannendste avonturen met hun nieuwe vriend Jerom, die in dit album voor het eerst opduikt.

Een zwarte raaf ontvoert Sidonia en brengt haar naar het jaar 1851 waar ze voorgesteld wordt aan de Tuf-Tuf-club. Er blijkt een vloek te rusten over de familie Stifrijke, waartoe Sidonia behoort. Suske, Wiske en Lambik gaan hun tante achterna om haar te redden en de hele familie van de vloek te verlossen.

Nog maar net bekomen van hun vorige avontuur worden Lancelot, ridder van de Ronde Tafel en Johan, vlak voor de Britse kust, omsingeld door een groep soldaten. De Rode Ridder wordt overmeesterd en gevangengenomen, Lancelot laten ze voor dood achter. De volgende dag wordt Johan wakker in de vervallen burcht van Sir Rupert. Zweepslagen herinneren hem er echter aan dat hij in vijandige handen is gevallen. Net voor Johan de genadeslag wordt toegediend, verschijnt Galaxa om de Rode Ridder te helpen...

Sidonia raakt van streek door al het leed en de ellende in de wereld. Wiske hoort van een boeddhistische lama dat zij de parel in de lotusbloem is en dat ze tante kan genezen als ze haar het mooiste schenkt dat op aarde te vinden is. Volgens Barabas is dat te vinden in het Swayambunath-heiligdom. Onze vrienden reizen erheen en krijgen het onderweg aan de stok met de handlangers van de reus Hamoenan.

Als Suske op een nacht bezoek krijgt van de voetbalster, is hij plots de beste voetballer ter wereld. Hij krijgt een plaatsje in de nationale voetbalploeg en wordt erg succesvol. Als Wiske ontvoerd wordt, krijgt hij een briefje waarop staat “Suske mag niet meer voetballen, anders moet Wiske het met haar leven bekopen”. Heeft de geheimzinnige figuur die overal opduikt er iets mee te maken? Of is er iets heel anders aan de hand?

Bob et Bobette sont enlevés par des hommes qui portent un pot de fleur renversé comme masque. Ils veulent que Bob prenne le pouvoir de l'île d'Amphoria. Bob refuse, et les hommes au pot de fleur menacent d'assassiner Bobette et Lambique.

Johan belandt enigszins door toeval op een klein Grieks eiland, Thosas, waarvan de bewoners gedwongen worden tot het brengen van offeranden aan mysterieuze Witte Demonen, die huizen in een grot. Hij gaat op onderzoek uit en ontdekt al snel een grote witmarmeren tempel binnenin de gewelven van die grot.Hier maakt hij kennis met Chrysis, de koningin van de Witte Tempel. Zij heerst over het volk dat de goden van de vulkaan in de grot met behulp van offeranden en erediensten tot bedaren moet bren...