Jan de Jong / druk 1

de monografie

Voorzijde
Achterzijde

Niet beschikbaar

Deze kloeke monografie over de Bossche School architect Jan de Jong (1917-2001). portretteert een 'vergeten genie'. De Jong was in kleine kring al bekend als de briljantste leerling van dom Hans van der Laan (1904-1991), de benedictijner monnik-architect die inmiddels wereldberoemd is vanwege zijn architectuurtheorie rondom het 'plastische getal'. De Jong evenwel trok zich steeds meer uit de wereld terug, waardoor ook zijn tientallen gebouwen en zijn opus magnum - zijn woonhuis en kantoor in Schaijk (1964/68) - vergeten raakten.

De monografie toont onomstotelijk het belang aan van De Jong. Hij ontwierp al met het plastische getal toen dom Van der Laan zelf nog nauwelijks bouwde. De Jong ook gaf als eerste deze architectuuropvatting een modern gezicht en liet in een rijk oeuvre zien hoe breed het plastische getal toepasbaar is. Zelfs ontwikkelde hij er een eigen toepassing van, speciaal gericht op stedenbouw. Al deze kennis is nu voor het eerst beschikbaar voor een breed publiek

Het boek 'Jan de Jong de monografie, deel 1. Pionier van het plastische getal' is geschreven door architectuurpublicisten Hilde de Haan en Ids Haagsma, auteurs van onder meer 'Gebouwen van het plastische getal' (Architext, 2010) en de gids 'Gebouwen van Jan de Jong' (Architext, 2012). Voor de monografie werkten zij samen met Ir. Wim Ramselaar die bij De Jong heeft gewerkt in de cruciale jaren zestig toen de Bossche School tot volle bloei kwam.

Het rijk geïllustreerde leesboek geeft een meeslepend beeld van de zoektocht waardoor De Jong zijn leven lang werd gegrepen, en van de bijzondere verstandhouding die hij had met dom Hans van der Laan. Hij deelde diens bevlogen queeste om het geheim van 'eeuwige schoonheid' te vinden en zo de bouwkunst op een hoger plan te brengen. Een cruciale vondst van dom Van der Laan was het plastische getal, een compositorisch hulpmiddel om gebouwen een krachtige en weldadige samenhang te geven. Dit verhoudingenstelsel is enerzijds wiskundig van karakter maar tegelijk gebaseerd op hoe onze 'ruimtelijke beleving' werkt.

Het was juist De Jong die als eerste de nog prille theorie van dom Van der Laan vertaalde in moderne, sobere vormen en zo ten volle de kracht ervan toonde. Daarna was hij jarenlang de tegenpool van de monnik, die hem meer dan anderen tegenspel gaf. Hij bleef diens benadering altijd trouw maar wel op eigen wijze, waardoor hij de toepasbaarheid ervan in vele opzichten verrijkte. Dat deed hij speciaal ook op het gebied van stedebouw, waar De Jong een speciaal talent voor had.

Een belangrijk deel van het boek bestaat uit de 'herinneringen aan Jan de Jong' van ir. Wim Ramselaar bi. Deze geeft zo uit de eerste hand een levendig portret van een bijzonder tijdperk. Het boek sluit af met een reconstructie van de stedenbouwkundige theorie van Jan de Jong, waarbij de auteurs erin zijn geslaagd om de vele stapels manuscripten en tekeningen van De Jong te verwerken tot een samenhangende visie die een intrigerende aanvulling vormt op de architectuurtheorie van dom Hans van der Laan.

Hilde de Haan, Ids Haagsma, Wim Ramselaar: 'Jan de Jong de monografie, deel 1. Pionier van het plastische getal', Architext, Haarlem. ISBN 9789051050486. Prijs 65,- .De monografie maakt deel uit van het Grote Jan de Jong project dat in 2010 is opgezet om het werk van De Jong te doorgronden en bekendheid te geven. Deel 2 (voorjaar 2014) completeert de monografie met een grondige analyse van De Jongs belangrijkste werken, en een volledige werkenlijst.