Veel verpleegkundigen werken in een ziekenhuis.

Ze helpen de zieke mensen met wassen en

aankleden en ze verschonen het bed.

Ze verzorgen wonden en geven medicijnen.

Ze letten dag en nacht op de zieken.

Andere verpleegkundigen werken in een huis voor oudere mensen.

Er zijn ook verpleegkundigen die bij mensen thuis komen.

Elk kind is anders. Kijk maar om je heen. Er zijn kinderen met steil blond haar of met zwarte krullen, kinderen met sproeten of een bril. Kinderen die houden van samen rennen of voetballen en kinderen die liever alleen spelen. Kinderen die veel praten en kinderen die liever luisteren. Iedereen is anders. Dat maakt het juist leuk!

In weilanden zie je vaak veel schapen bij elkaar.

Boeren houden schapen voor de melk en voor het

vlees. Maar ook voor de wol! In de winter hebben

schapen een dikke vacht. Die vacht houdt ze warm

als het koud is. Maar in de lente wordt het warmer

en is zo’n dikke vacht niet meer nodig.

De schaapscheerder scheert de vacht dan af. Van de

wol van het schaap wordt warme kleding gemaakt.

Bijvoorbeeld een trui en een sjaal. Maar hoe gaat

dat? Dat lees je in dit boek.

Een pauw is een grote vogel. Je ziet hem soms in de dierentuin of op de kinderboerderij. Het mannetje heeft mooie kleuren en een prachtige staart met gekleurde veren. Soms spreidt hij zijn staart als een waaier uit. Zo wil hij een vrouwtje lokken. Wist je dat een pauw heel hard kan roepen? En dat er ook witte pauwen zijn? In dit boek lees je van alles over de pauw!

In de lente en zomer zie je vaak vlinders, vooral op plekken waar veel bloemen zijn.

Veel vlinders hebben vleugels met mooie kleuren en figuren.

Ze fladderen van bloem naar bloem.

In die bloemen vinden ze voedsel.

Wist jij dat elke vlinder eerst een rups was?

Kinderen, papa’s en mama’s, familie, buren,

voetballers, allemaal maken ze wel eens ruzie. Ruzie

is niet leuk. Je wordt er boos en verdrietig van. Maar

waarom maak je ruzie en hoe los je het weer op?

Wie heeft er schuld aan de ruzie? En helpt het om

erover te praten? Dit boek geeft antwoorden op deze

en andere vragen. Misschien helpt het je als je zelf

eens ruzie hebt.

Veel kinderen gaan op zwemles als ze 4 of 5 jaar zijn.

Op zwemles leer je van alles:

zwemmen op je buik, op je rug en door een gat.

En zelfs met je kleren aan.

Kun je dat allemaal?

Dan heb je een diploma verdiend.