Het is najaar 1989. De Muur valt, de Sovjet-Unie zijgt ineen, de wereld staat op het punt onherkenbaar te veranderen, maar de twintigjarige Staaf Kirkendal is vooral bezig oeverloos een kasboek vol te schrijven dat hij met viltstift van het woord ‘Zelf’ heeft voorzien.

Als zijn ex-geliefde Gamal Gohar van een dak springt, komt zijn vriendengroep bijna elke avond bijeen om te drinken, te praten, ruzie te maken en eindeloos te theoretiseren over zelfmoord (‘Sommige mensen plegen zelfmoord...

kijk het lijk van de wereld daar eens liggen op die tafel

al dat ongepaste bloesemen alleen nog een dode belofte van niks

de wreedheid van april voorgoed vergolden

In de wereld onleesbaar is een machteloze betekenisjager aan het woord, iemand die weet nergens houvast te kunnen vinden, maar er tegen beter weten in voortdurend jacht op blijft maken.

De bundel de wereld onleesbaar markeert het einde van een maskerade. De afgelopen twintig jaar publiceerde Jeroen van Kan zijn gedichten onder de n...